Beleef de Lente 2024: Keutels

Beleef de Lente 2024: Keutels

Blog

In mijn blog van een week geleden schreef ik over het voedsel dat de jonge koolmeesjes nodig hebben. Dit zijn de rupsen van de Wintervlinder. Wij als onderzoekers van de Koolmees willen graag weten hoeveel voedsel er nu eigenlijk beschikbaar is. Hoe tellen wij rupsen?

Het lijkt logisch, door de rupsen in de boom te tellen weet je hoeveel er zijn. Lijkt simpel, maar in de praktijk lastig uit te voeren. Je zou bij een aantal geselecteerde eiken takken moeten kiezen en dan op deze takken de rupsen moeten tellen. Takken laag aan de eik gaat nog, maar hoe tel je rupsen hoger in de boom? Dan mag je wel met een hoogwerker aan de slag. 

Dit is allemaal veel te omslachtig en daarom hebben ze vele jaren geleden bedacht dat het handig was rupsenkeutels te verzamelen en deze later te tellen. Hoe meer keutels, hoe meer rupsen. En de grootte van de keutels zegt iets over de grootte van de rups. 

Die keutels verzamelen we door netten onder een eik te zetten (zie de bovenste foto), eentje dicht bij de stam en eentje meer aan het uiteinde van een grote tak. Twee keer per week verzamelen we de keutels, die eruit zien als kleine zwarte korreltjes (zie de onderste foto). Met een kwast vegen we alle materiaal in het net netjes naar het midden, waarna we de grootste takjes en blaadjes verwijderen. Je houdt dan de keutels en wat restmateriaal over. Dat gaat in een klein papieren enveloppe, waarop de locatie, de datum van verzamelen en de code van de boom en het net komt te staan. 

Dan is het verder eigenlijk heel simpel, op het lab bij het NIOO gooi je het verzamelde materiaal over een aantal zeven, waarna je dit verdeelt in fracties van verschillende grootte. Door daarna alleen de keutels te tellen heb je een idee hoeveel rupsen er zijn. 

We starten met het verzamelen van de keutels aan het begin van het broedseizoen en gaan daarmee door tot zo halverwege juni. Nadat al deze keutels geteld zijn kan je deze gegevens vergelijken en correleren aan de verzamelde gegevens van de koolmezen. Maar daarover in een later blog meer!