Beleef de Lente 2025: De nestkast

Nestkast

Beleef de Lente 2025: De nestkast

Blog

Voor het 70e seizoen onderzoekt het NIOO koolmezen, steeds op exact dezelfde manier. De nestkast speelt daarin natuurlijk een sleutelrol. Hoe ziet die eruit, en waarom blijven we trouw aan dit model?

Dit jaar wordt er voor het 70e seizoen op gestandaardiseerde wijze onderzoek gedaan aan koolmezen.
In een volgend blog ga ik dieper in op de geschiedenis: hoe is dit onderzoek ontstaan, en waarom juist koolmezen? Waarom niet huismussen of eksters? 

Maar goed, hoe verloopt dat onderzoek eigenlijk? Het zou te ver voeren om hier alle details te bespreken, maar de kern van ons monitoringswerk draait om één principe: alles gebeurt op precies dezelfde manier, en dat al 71 broedseizoenen lang.

De basis van dit alles is natuurlijk de nestkast — en daar wil ik het in deze blog over hebben. Die nestkast (genaamd het 'Wageningse model') is in de loop der jaren opmerkelijk constant gebleven. We hebben wel eens geëxperimenteerd met kleinere of grotere modellen, en sinds een paar jaar doen we ook onderzoek naar verschillende types nestkasten. Wat is het effect daarvan op het broedsucces? Hebben koolmezen een voorkeur voor een bepaald type kast? Maar we gebruiken voor ons reguliere onderzoek steeds dezelfde groene nestkast (zie de foto hierboven). 

Van dit type nestkast hebben we er ongeveer 2000 hangen, verspreid over verschillende bossen. De kast is zo ontworpen dat hij gemakkelijk schoon te maken is: de onderkant kan verwijderd worden en de bovenkant is eenvoudig te openen, zodat we van bovenaf in de kast kunnen kijken.

Omdat de kasten het hele jaar door buiten hangen, hebben ze flink te lijden onder weersinvloeden. In droge zomers bijvoorbeeld, ‘krimpen’ bomen door het vochttekort. Daardoor komt er spanning te staan op de lat waarmee de kast aan de boom is bevestigd — en die kan dan breken. Ook komt het voor dat die lat begint te rotten, doordat er voortdurend water langs stroomt.

Als je gegevens over meerdere decennia wilt vergelijken, is het vanuit onderzoeksoogpunt cruciaal dat alle relevante omstandigheden gelijk blijven. Het kan niet zo zijn dat de nestkast bijvoorbeeld in het ene jaar rond is en in andere jaren vierkant — zeker niet als je vermoedt dat zoiets het broedsucces beïnvloedt. Alle factoren waarop je zelf invloed hebt, moeten daarom steeds gelijk zijn. Precies om die reden gebruiken we al jarenlang steeds hetzelfde type nestkast.

In de winter maken we altijd een ronde door het bos om kapotte kasten te vervangen. Daarvoor houden we een ruime voorraad reservekasten aan. Hieronder zie je een foto, zodat je een indruk krijgt van hoeveel kasten we nu nog op voorraad hebben — wat voor ons eigenlijk aan de krappe kant is. In de winter is die voorraad vele malen groter.

Ondertussen gaat het goed met ‘onze’ meesjes. De ouders voeren fanatiek, en de acht (of zijn het er toch negen?) jongen groeien als kool. Het blijft een fascinerend idee dat wat wij hier van zo dichtbij kunnen volgen, zich tegelijkertijd afspeelt in duizenden nestkasten verspreid over het hele land. 

Waarschijnlijk vliegen de jongen op 22 mei in de ochtend uit, dus we kunnen nog iets meer dan een week genieten van bedelende jongen en fanatiek voerende ouders!