Wat sleutelbloemen zeggen over de Europese natuur

Sleutelbloemen achter het NIOO
© Froukje Rienks / NIOO-KNAW

Wat sleutelbloemen zeggen over de Europese natuur

Nieuws

Sleutelbloemen vertellen ons hoe de graslanden ervoor staan. Daarvoor hoef je alleen maar in de bloemen te kijken. Dit voorjaar gebeurt dat in heel Europa. Wat heeft versnippering van de natuur bijvoorbeeld voor effecten, en hoe zit dat in Nederland? Plantenliefhebbers, terreinbeheerders en vrijwilligers kunnen helpen om dit verhaal te ontrafelen.

“De gulden sleutelbloem is voor mij de boerenzwaluw onder de planten,” zegt ecoloog Arjen Biere van het Nederlands Instituut voor Ecologie (NIOO-KNAW). “Als de sleutelbloemen bloeien, dan is het voorjaar echt begonnen.” En ze bloeien nu volop!

Samen met Biere kijken dit jaar in heel Europa mensen reikhalzend uit naar deze bloemen. Omdat ze iets vertellen over de natuur waarin ze groeien. Onderzoekers van de Universiteit van Tartu in Estland kregen in eigen land interessante resultaten en vroegen om hulp uit andere landen. In Zuid- en Midden-Europa is de bloei eerder begonnen en er zijn nu al ruim 40.000 sleutelbloemen bekeken. Dat worden er nog meer.

Gezond gras?

De Europese graslanden zijn ecosystemen vol biodiversiteit die hier al sinds mensenheugenis voorkomen. Maar hoe gezond zijn onze graslandschappen? Dat antwoord zit verborgen in die opvallend gele bloemen tussen het gras: gulden sleutelbloemen (Primula veris).

“Wat heeft een versnipperd of veranderend leefgebied voor gevolgen voor deze zeldzame plant? En hoe zien we dat terug in de bloemen?” vraagt onderzoeker Biere zich af. “De informatie die we samen over de sleutelbloem verzamelen kan ons inzicht geven in het welzijn van deze en andere graslandsoorten. De waarnemingen uit Nederland zijn extra interessant, want we zitten helemaal aan de rand van het verspreidingsgebied van deze soort.” En we hebben een druk en versnipperd landje.

Sleutelbloemen komen in twee typen voor. De verhouding tussen die twee typen bloemen vertelt ons hoe gezond de populatie sleutelbloemen is op die plek. En dat is een goede graadmeter voor het hele ecosysteem.

Eén of vijf puntjes

Als je in een sleutelbloem kijkt, zie je één klein puntje of vijf puntjes in het midden. In het eerste geval gaat het om de lange vrouwelijke stijl van de bloem (L-type, de stijl is ‘long’). In het tweede geval zijn alleen de vijf mannelijke meeldraden zichtbaar en zit de korte stijl eronder (S-type, de stijl is ‘short’). Aan een plant zit maar één type bloem.

Darwin was al geïnteresseerd in deze bloemvormen. Om met succes zaden voort te brengen moeten sleutelbloemen van het L-type hun stuifmeel aan planten van het S-type overdragen, en omgekeerd. Die kruisbestuiving kan alleen plaatsvinden dankzij insecten, die in dit ingewikkelde ‘huwelijk’ de rol van koppelaar spelen. Op die manier kan de plant zichzelf niet bestuiven en wordt genetische verarming voorkomen.

Uitwisseling van genetisch materiaal is voor de planten heel belangrijk om hun levensvatbaarheid en veerkracht op de langere termijn te behouden. Ook planten kiezen hun partner dus zorgvuldig uit!

Tsipe Aavik
S-type (A) en L-type (B) sleutelbloemen

1 op 1

In sleutelbloempopulaties is de verhouding tussen planten van de beide bloemtypen gewoonlijk ongeveer 1 op 1. Als de verhouding scheef is, vermindert dat de kans dat de sleutelbloem een geschikte partner vindt. Hoofdonderzoeker Tsipe Aavik vond vorig jaar samen met collega’s en citizen scientists in Estland dat er inderdaad scheve verhoudingen waren te vinden. Ze legt uit: “De S-bloemen met korte stijlen en lange meeldraden overheersten, vooral in kleinere populaties met meer menselijke impact.”

Het voorkeursgebied van de gulden sleutelbloem, traditioneel beheerd (kalk)grasland, is in het hedendaagse landschap steeds zeldzamer geworden. “Het verdwijnen van graslanden leidt tot achteruitgang van de plantenpopulaties die hiervan afhankelijk zijn. Een achteruitgang van sleutelbloempopulaties kan dus leiden tot scheve verhoudingen tussen het L-type en het S-type en soms zelfs tot het geheel verdwijnen van een van beide typen van die plek.” Het zijn zulke veranderingen in de balans tussen beide bloemtypen die dit voorjaar onderzocht worden in heel Europa.

Het komt niet vaak voor… maar er is nog een speciaal geval mogelijk. Soms vind je bloemen die er ‘tussenin’ zitten: de stijl en de vijf meeldraden hebben ongeveer dezelfde lengte. Je ziet dan dus eigenlijk geen puntjes uit de bloem steken, en alleen als je wat dieper kijkt 6 ‘puntjes’ bij elkaar. Dat is extra interessant. In België is dit vastgesteld in kleine populaties in het bos. Door zulke bijzondere planten ook te melden, leren we de verschillende bloemen pas echt te begrijpen.

Waar vind je ze?

In Nederland vind je gulden sleutelbloemen bijvoorbeeld in (kalk)graslanden in het zuiden, uiterwaarden in het oosten en de duinen in het westen. Sleutelbloemen zijn hier veel zeldzamer dan in andere landen. De Rode Lijst van Nederland vermeldt de soort als kwetsbaar. Door de teloorgang van hun leefgebied doen ze het steeds minder goed. De bloei duurt in totaal een paar weken, en met koud weer wat langer.

Je hoeft de bloem gelukkig niet te plukken om deze waarneming te kunnen doen. Pas ook op dat je niet op de plant trapt en de kwetsbare vegetatie eromheen zo min mogelijk verstoort. Het is belangrijk om de regels van het (natuur)gebied te volgen. Bekijk tenminste 10 en maximaal 100 verschillende planten, zoveel mogelijk verspreid over het terrein waar je ze ziet staan.

“Het gaat om wilde sleutelbloemen, bijvoorbeeld in de kalkgraslanden van Limburg, in de duinen van Noord-Holland, langs rivieren of aan bosranden. Bermen kunnen ook geschikt zijn,” zegt Biere. Tuinen en bloemperken zijn geen (half-)natuurlijke leefomgeving en dus niet interessant. Vooral terreinbeheerders, plantenexperts en andere natuurliefhebbers kunnen een belangrijke rol spelen bij het waarnemen. Zo kunnen we samen inschatten welke invloed veranderingen in het landschap hebben op de biodiversiteit.

Hoe kun je de sleutelbloem herkennen?

De gulden sleutelbloem is een kruidachtige plant met een gemiddelde hoogte van 10 tot 30 cm. Hij heeft langwerpige groene bladeren op de grond, die tot 20 cm lang zijn. Eén plant kan meerdere bloeistengels hebben. De sleutelbloem heeft eigele, klokvormige, afhangende bloemen. De gele bloemen hebben oranje vlekjes, staan met ongeveer 5 tot 16 stuks bij elkaar en zijn meestal één kant op gericht. Er komen nog twee andere soorten sleutelbloemen voor in Nederland, met lichtgele bloemen.

Het Sleutelbloemonderzoek vindt dit voorjaar plaats in: België, Bulgarije, Denemarken, Duitsland, Engeland, Estland, Finland, Griekenland, Hongarije, Ierland, Italië, Kroatië, Letland, Litouwen, Luxemburg, Nederland, Noord Macedonië, Noorwegen, Oekraïne, Oostenrijk, Polen, Portugal, Rusland, Servie, Slovenie, Slowakije, Tsjechië, Zweden en Zwitserland.

NDFF Verspreidingsatlas (https://www.verspreidingsatlas.nl)
Waar in Nederland komen gulden sleutelbloemen voor? Dat kun je goed zien op de kaart van de Verspreidingsatlas (NDFF).