PERSBERICHT WAGENINGEN UR - Brutale koolmeesmannen hebben meer sociaal contact dan hun schuwere soortgenoten. Dat is de uitkomst van onderzoek van Wageningen University en het Nederlands Instituut voor Ecologie, gepubliceerd in het laatste nummer van Animal Behaviour.

Wageningen - Medewerkers van het Nederlands Instituut voor Ecologie (NIOO-KNAW) vonden vandaag het eerste koolmezen-ei van 2014 in nestkast 100 in Oosterhout. Een bijzonder cadeau, en dat in het 60ste jaar dat NIOO-KNAW en haar voorgangers vier verschillende mezenpopulaties bestuderen. Dit langetermijnonderzoek is wereldwijd uniek en heeft al op tal van terreinen voor nieuwe wetenschappelijke inzichten gezorgd.

WAGENINGEN - NIOO-KNAW's Centre for Avian Migration and Demography has ringed birds and studied their migration patterns for over a century. In its first-ever peer review, the Centre has been rated 'excellent'.

WAGENINGEN – Het Vogeltrekstation van NIOO-KNAW bestudeert al meer dan honderd jaar vogels, door ze te ringen en te volgen op hun trek. Een commissie van onafhankelijke experts die het werk van het Vogelstrekstation evalueerde, gaf een uitmuntende beoordeling.

Dit jaar wordt voor de tweede keer de publiekscampagne Maak Grijs Groener gehouden. Met burgerinitiatieven wil het Deltaplan Biodiversiteitsherstel het begrip biodiversiteit tot leven brengen voor een breed publiek.

Een primeur bij Beleef de Lente: de nestkast van een koolmezenpaar werd dit jaar bezet door pimpelmezen.

The reproductive tracts of males and females contain whole communities of micro-organisms. These microbes can have considerable impact on (animal) fertility and reproduction, as shown by Melissah Rowe from the NIOO-KNAW.

Melissah Rowe van het NIOO-KNAW laat deze week in het tijdschrift Trends in Ecology & Evolution zien wat de impact is van micro-organismen bij de voortplanting.

Tien bijzondere projecten krijgen een financiële bijdrage uit het ‘Samen voor Biodiversiteit’ Innovatiefonds, om de biodiversiteit te helpen herstellen.

Het Usutuvirus is voor het eerst vastgesteld in Nederland. Het virus is zowel bij gehouden laplanduilen (Strix nebulosa) als bij wilde, dode en levende, merels (Turdus merula) gevonden. Dit melden verschillende onderzoeksorganisaties - waaronder het DWHC, Erasmus MC en het Vogeltrekstation van het NIOO. Het Usutuvirus is een vogelvirus dat al geruime tijd elders in Europa voorkomt.